Corona: terugkijken op ons werk

Het coronavirus is nog niet weg en er is nog geen vaccin of medicatie die ons tegen dit virus kan beschermen. Desondanks zijn de meesten van ons al wat meer gerust; de opgelegde maatregelen zorgen er namelijk voor dat de besmettingen beperkt blijven. Dat is goed nieuws! Hierdoor is het mogelijk om de opgelegde maatregelen te versoepelen. Meer en meer kunnen we het gewone leven hervatten, mits we een aantal regels in acht nemen, zoals: regelmatig handen wassen/ontsmetten, afstand houden, niezen en hoesten in binnenkant van de elleboog, bij klachten thuis blijven, etc.

Door de versoepeling is het gelukkig ook weer mogelijk de hulpverlening aan onze gezinnen te hervatten. Dat was voor veel gezinnen prettig, maar zeker ook voor ons. Telefonisch contact houden (al dan niet met beeldbellen) was een nuttig alternatief, maar staat in schril contrast met het face to face werken, zoals we dat gewend zijn. Zeker als het gaat om het bespreken van persoonlijke, vertrouwelijke situaties (wat in ons werk meestal zo is), wil je elkaar kunnen zien en nabijheid kunnen voelen. Een telefoon en/of laptop schept in die zin toch afstand.

Bij (bijna) alle gezinnen ging het in het eerste contact (na ‘het contact op afstand’) over de corona-tijd. We wilden weten hoe mensen die tijd hebben ervaren, hoe ze erop terugkijken. We maakten min of meer de balans op, om daarna weer verder te gaan met dat wat aandacht vraagt.  

De reacties van onze cliënten zijn heel verschillend. In dit ‘Inkijkje’ delen we enkele van deze reacties met u.

Zorgen

Veel gehoorde signalen:

  • Gezinnen lieten ons weten angst gehad te hebben. Angst over hun eigen gezondheid en/of over die van dierbaren. Maar ook angst over hoe het verder moet/zal gaan; in onze maatschappij en in de wereld. Deze angst gaf spanning.
  • Ouders lieten ons weten een zware tijd gehad te hebben. De kinderen (en partner) thuis, hen helpen bij schoolwerk, de combinatie met eigen werkzaamheden (incl. mantelzorg) en de emoties die deze tijd bij hen opriep, weinig afleiding, de nieuwsberichten over corona werden hen soms teveel.
  • Het gebrek aan structuur, ofwel: het zoeken naar een nieuwe structuur, was voor veel gezinnen een pittige klus. Daar waar het even op vakantie leek, werd al snel duidelijk dat het vakantiegevoel uitbleef. Het eigen maken van een nieuwe structuur stuitte bij sommige kinderen op nogal wat weerstand, “... want hoezo vroeg opstaan als je de hele dag niets te doen hebt.”  
  • Sommige ouders raakten hun baan kwijt (van het ene op het andere moment) of waren bang hun baan kwijt te raken. Met het verliezen van hun baan verloren mensen ook hun inkomen. Het  aanvragen van een vergoeding gaf soms veel stress en kostte veel tijd. 
  • Een deel van de ouders maakte zich zorgen om de consequenties van corona-tijd; bijvoorbeeld de consequenties voor de schoolontwikkeling van hun kind (-eren), maar ook voor de sociaal-emotionele ontwikkeling (bij kinderen die niet naar hun therapie konden).
  • Veel ouders vonden het lastig hun kind (-eren) te helpen bij hun schoolwerk. Het was zowel inhoudelijk lastig (ouders begrepen de lesstof onvoldoende en/of hebben het vroeger zelf anders geleerd), als ook organisatorisch (meerdere kinderen in één ruimte, slechts één laptop, de rol van leerkracht terwijl je ouder bent, etc). 
  • Het vele samenzijn (als gezin) met weinig afleiding gaf in sommige gezinnen extra spanning.
  • Een deel van de ouders kijkt terug op een tijd waarin hun kind teveel schermtijd had en waarin teveel gesnoept werd. Zij waren hiervan tijdens corona-tijd al bewust, maar konden het niet veranderen. 

Positieve signalen

Hoewel veel ouders het zwaar hadden, waren er zeker ook positieve signalen:

  • In de meeste gezinnen was meer rust, ‘de race tegen de klok’ was even wat verder naar de achtergrond. Daardoor was er meer gezamenlijkheid; bijvoorbeeld vaker samen aan tafel eten.
  • Er was meer qualitytime; vaker tijd voor een wandeling, spelletje of goed gesprek.
  • Er was vaker een ontspannen ‘pyjamadag’.
  • De meeste ouders vonden het prettig om gedurende de corona-tijd telefonisch contact met hun hulpverlener(-s) te houden. Enerzijds vanwege de inhoudelijke gesprekken, met tips, anderzijds om het gevoel van eenzaamheid te beperken en steun te ervaren. 
  • Er zijn zeker ook ouders die het fijn vonden dat er even geen hulpverleners in hun huis kwamen. Zij ervoeren vrijheid en ruimte. Naarmate de tijd verstreek hadden de meeste van deze ouders toch weer behoefte aan contact met hun hulpverlener. Inmiddels is bij iedereen het hulpverleningstraject weer hervat. 
  • Bij sommige kinderen namen gedragsproblemen af. Dit lijkt vooral te maken te hebben met de druk die zij in het gewone, dagelijkse leven ervaren; zowel tijdsdruk, als prestatiedruk. Dit blijken ook opvallend vaak kinderen te zijn die moeite hebben met de vele prikkels (in het gewone, dagelijkse leven) en kinderen die zich (wellicht) teveel spiegelen aan anderen.

Na de meivakantie gingen de basisscholen weer open, kregen kinderen parttime onderwijs. We merkten aanvankelijk dat een deel van de ouders terughoudend/voorzichtig was. Zij wilden hun kind liever thuis houden. Sommige kinderen bleven ook thuis. Gaandeweg kwam er meer vertrouwen en korte tijd later kwamen alle basisschoolleerlingen weer op school. Veel kinderen zijn blij weer naar school te kunnen. Veel ouders zijn blij dat het ‘normale’ leven weer op gang komt.

Hierbij horen we van ouders dat het weer een hele klus is om het oude ritme weer op te pakken; denkend aan: vaste structuur qua bedtijden, schermtijd en eten/drinken. Het gegeven dat de avonden langer zijn (lees: lang licht), de zomerse temperaturen (zo nu en dan) en het naderen van het einde van het schooljaar (de koek is op), maakt het beslist niet gemakkelijk (voor sommige ouders).

Desalniettemin zijn de meeste mensen blij/opgelucht dat het coronavirus hen niet direct getroffen heeft (d.w.z.: niet in hun gezondheid en/of dat van dierbaren) en hoopt iedereen dat een zogenoemde ‘tweede piek’ uitblijft.
Bij hen die wel (direct) getroffen zijn door het coronavirus zit de schrik er goed in. We wensen hen sterkte en/of een goed herstel.

Wij zijn bijzonder trots op onze gezinnen en gunnen hen een zorgeloze, fijne zomer!

Tot slot

Niet alleen voor onze cliënten was de corona-tijd een bijzondere tijd, ook wij als hulpverleners hebben deze tijd als bijzonder ervaren. Ook voor veel van ons was deze tijd zwaar. Ineens werkten we vanuit thuis; moesten we het zonder persoonlijk contact met onze cliënten en collega's doen, terwijl dit contact normaal gesproken zo belangrijk en waardevol is. We hielden uiteraard contact via telefoon en laptop, maar het gemis aan face-to-face contact was groot. 

Ieder van ons moest deze nieuwe manier van werken combineren met de persoonlijke privésituatie. Dit betekende voor de één extra mantelzorgtaken, voor de ander (net als voor onze cliënten) ineens ook de rol als leerkracht. Ieder van ons moest in eigen huis een passend werkplek creëren en een nieuwe structuur/dagindeling eigen maken.

Er werd in deze corona-tijd veel samengewerkt, met scholen en met andere betrokken hulpverleners. Dit was hard nodig om samen goede zorg te kunnen blijven bieden. We zijn trots dat die samenwerking zo goed is gelukt en hopen dit zeker ook na corona-tijd te kunnen vasthouden.

Inmiddels zijn we weer op volop aan het werk. Dit vraagt weer omschakelen, wat tijd en energie kost, maar we zijn heel blij en dankbaar dat we weer face-to-face kunnen werken! Toch heeft het werken via de digitale weg ons wel geïnspireerd om na te denken over de inzet van deze middelen in meer gewone tijden. Wie weet hoort u daarover later nog meer. 

We genieten des te meer van ons mooie, dankbare werk.